'De Tweede Kamer heeft haar rol heel serieus genomen', stelt hij. 'Het gaat nu om digitaal geld dat is uitgegeven door centrale banken, en het is ontwikkeling die op allerlei plaatsen gaande is. Daarmee is het dus onderdeel van de digitale revolutie die op allerlei punten te zien is.'

Als voorbeeld noemt Boot het gezondheidsdossier, dat ook een flinke digitaliseringsslag maakt. 'Ik herinner me de gezondheidspas en de discussie rondom de privacy daarvan', vervolgt hij. 'En vergelijkbare issues gaan spelen met die digitale valuta. Achter het geprogrammeerde geld of het mogelijk kunnen programmeren van geld kunnen allerlei kwade gedachten zitten.' Volgens Boot is het een 'grote verandering' in ons financieel-economische en monetaire systeem, en hij vindt het cruciaal dat het parlement erover debatteert. 'En dat het daar ook niet bij blijft.'

'Het gaat gebeuren'

Desondanks is de invoering van digitaal geld aanstaande, zo denkt Boot. 'En we weten dat het gaat gebeuren, dus het is cruciaal dat we het vormgeven', stelt hij. 'Dat we het inhoud en democratische legitimatie geven en dat we veiligheidskleppen inbouwen op een manier dat het draagvlak gegarandeerd is.'

Volgens Boot betekent de invoering van digitaal geld tevens dat de centrale banken - die het instituut zijn voor financieel vertrouwen - een belangrijke verantwoordelijkheid erbij krijgen. 'De vormgeving van het digitale geld - net als de discussies rondom de gezondheidspas - wordt zó cruciaal. Net zoals het draagvlak in de maatschappij. Als we dat niet in de gaten houden, krijg je allemaal breuken in die maatschappij, en dan gaat juist het vertrouwen in de ECB en het vertrouwen in de politiek weer helemaal onderuit. Ik juich dit toe, en ik ben blij dat het debat op deze manier is begonnen.'